SOFA

Previous
Patatje mayo

Chapter IX - Page 12
Back

Next
Er was eens een...

Arjen de Herdersjongen

 Procantor (gesproken):
Dit is mijn lied, het lied van Arjen de herdersjongen,
opgegroeid tussen de schapen op de heide,
elk woord wat ik zing berust op waarheid.

Als het heel mooi weer is, trek ik het weiland in,
fluit een vrolijk wijsje en ben heel blij van zin.
De schapen in het weiland kijken mij lachend aan,
ik voel onder mijn overal mijn lul die gaat al staan.

Refrein:
Want ik ga schapen neuken, schapen neuken,
schapen neuken is fijn! (2x)

Ik zoek naar een lief schaapje, ja daar zie ik er een staan,
ik besluip haar van achter, heb mijn laarzen aan.
Dan pak ik beide poten, ik ruik eens aan haar aars,
die is als lekker nat, ik stop haar poten in mijn laars.

Refrein

Als ik penetreer, dan kijkt het schaapje achterom,
het mekkert dan: “Lekker”, want een schaap dat is niet dom.
Het schaapje lacht tevreden, ik spuit het helemaal vol
en ’s nachts kruip ik tevreden onder de schapenwol.

Refrein

Mèhmèhmèhmèhmèh (etc.)

Refrein