SOFA

Previous
Het lied van Koppelstock

Chapter II - Page 3
Back

Next
In die mooie stad Zaltbommel

Komt vrienden in het ronde

Komt vrienden in het ronde, minnaars van ene stiel.
Ik zal u gaan verkonden, hoe 'k door het slijperswiel
de kost verdien voor vrouw en kind,
schoon blootgesteld aan weer en wind.

Refrein:
Ter-liere lom, ter-la!
Van linksom rechtsom draait mijne steen,
Door het roeren van mijn been,
Ju, ju, ju, ju, ju, ju, ju, ju!

De schoenpik stijf gezeten, op ene prikkestoel,
zou kaas en droog brood eten, maar als ik nood gevoel,
dan slijp ik tot de avond toe
en zo heb ik nooit arremoe.

Refrein

De kleerfrik maakt ons kleren, voor 8 stuivers per dag.
Wil hij zijn loon vermeren, hij snijdt meer dan hij mag.
Maar ik met mijne slijpersteen,
ik win meer op een uur alleen.

Refrein

De smid die hard moet werken, gestadig voor het vier.
Hij durft hem niet versterken met ene kan goed bier,
terwijl ik ga op mijn gemak,
soms ook wel met een lege zak.

Refrein

Mijn vrouw die roept Victoria, over het slijpersstiel.
Zij vindt de grootste gloria, in't draaien van mijn wiel.
Mijn kinders hebt geen ongemak,
zij lopen met de bedelzak.

Refrein

De maalder moet gaan malen, tot in het fijnste meel.
Hij moet dubbel betalen voor zijne droge keel.
Maar ik door ijver en door vlijt,
ik win mijn brood in eerlijkheid.

Refrein

So vrienden voor het leste, all'ambachten zijn goed.
Maar mijn is toch het beste, schoon ik soms slapen moet,
In hooi en stro in ene stal,
ik heb de kost voor niemendal.